In de decembermaand is er altijd wat meer aandacht voor mensen die het moeilijk hebben, zeker nu in 2020: het corona-jaar. Meer aandacht voor de voedselbanken, initiatieven voor mensen die het niet breed hebben en voor mensen die eenzaam zijn. Meestal gaat dit onder de noemer ‘goed doel’. Mensen vinden het fijn om in de decembermaand bezig te zijn met ‘goede doelen’.

De term ‘goed doel’ suggereert een beetje dat het geen noodzaak is, dat het extra is en dat je het ook kan laten. Dat het vooral vanuit een decembergedachte komt, een kerstgedachte om je beter te voelen en het jaar goed af te sluiten. Aandacht geven aan mensen die het minder hebben is echter geen keuze, het is een noodzaak. We leven in een stad met de hoogste werkeloosheid van Nederland, blijkt keer op keer uit de cijfers van het CBS. Hoe kan het goed gaan met een stad waar meer dan 10% van de beroepsbevolking werkzoekend is (https://onderzoek010.nl/dashboard/dashboard/werk-en-inkomen) en hoe kan het goed gaan met jou als je in die stad leeft?

Het is in ieders belang om armoede in de stad als een keihard economisch feit te beschouwen. Je bekommeren over de mensen in de stad die het slecht hebben zou niet alleen als iets sociaals of als ‘goed doel’ moeten worden gezien. Die mensen die nu een uitkering ontvangen, maken net zo goed deel uit van de stad als de bijna 90% van de beroepsbevolking die wel werkt. Als het met hen beter gaat, vinden ze misschien werk in de zorg, het onderwijs of één van de sectoren waar Rotterdam groot in wil zijn: logistiek, de voedingsindustrie, de haven.

Als het met die mensen beter gaat en als die mensen aan het werk zouden kunnen, zou dat een enorme impuls aan de Rotterdamse economie geven, want ook die mensen moeten wonen en eten en geven geld uit aan kleding en vrije tijd.

Als het met die mensen beter gaat en ze werk kunnen vinden in deze sectoren, dan zouden die kunnen bloeien en groeien, zoals de stad wil.

Als het met die mensen beter gaat, dan zou dat bovendien een enorme kostenbesparing zijn op de controle op uitkeringen. Uit een rapport van bureau Berenschot blijkt dat een bijstandsuitkering – gemiddeld 14.000 euro per jaar – de gemeente bijna 2900 euro in de uitvoering kost. Deze kosten zijn vooral de kosten voor de ambtenaren die hierbij betrokken zijn (https://www.gemeente.nu/sociaal/uitvoering-bijstand-kost-bijna-2900-euro-per-uitkering/).

Kortom: als het met deze mensen beter gaat en zij ook werk vinden in de stad, dan zou dat een economische impuls en een kostenbesparing betekenen en dat zou beter zijn voor iedereen in de stad. Denkt u daaraan de volgende keer dat u een oproep ziet voor een goed doel en wordt gevraagd om te doneren voor mensen die in armoede leven: u doet het niet voor hen, maar voor u zelf. Het is geen goed doel: het is absolute economische noodzaak dat het met iedereen in de stad beter gaat.

Een donatie of een incidentele actie leidt niet tot duurzame verbetering. Een duurzaam doel zou zijn om meer werkgelegenheid te creëren in de stad, zodat meer mensen in de gelegenheid worden gesteld om financieel zelfredzaam te worden. Nu en in de toekomst, niet alleen in de decembermaand. Warm Rotterdam heeft zo’n duurzaam doel: zoveel mogelijk Rotterdammers vanuit de armoede weer zelfredzaam, bijvoorbeeld door hun schulden te verminderen met het keurmerk ‘Warm incasseren’ en met het project ‘Passend werk’: waarin we sociale ondernemers die mensen scholen om weer aan het werk te gaan, duurzaam koppelen aan bedrijven. Bij Warm Rotterdam werken we aan het wegnemen van de oorzaken van armoede.

Mireille van den Berg, projectleider Passend Werk