Stichting Salaam: ‘Vaak is de oplossing een kwestie van een paar dingen regelen’

Stichting Salaam: ‘Vaak is de oplossing een kwestie van een paar dingen regelen’

Warm Rotterdam en De Brede Raad010 zijn door armoedewethouder Enes Yigit gevraagd om de stem van de stad te laten horen. We spraken tientallen mensen die zich via informele organisaties of andere initiatieven inzetten voor mensen die in armoede leven. In deze portretserie geven we hen een gezicht. Waar lopen zij tegenaan en wat hebben zij nodig? In deel 1 spreken we Rahma Hulsman van Stichting Salaam.

‘Onze pakketten zijn multicultureel: rijst, couscous, bulgur en veel groente en fruit. En we zitten in de buurt’, zegt initiatiefnemer Rahma Hulsman. Stichting Salaam bestaat 23 jaar en begon ongeveer 13 jaar geleden met een voedselbank die aansluit bij de voedingsbehoefte van moslims. De stichting heeft inmiddels zeven uitdeellocaties en bij de twee grootste worden tweewekelijks minimaal 150 gezinnen van pakketten voorzien.

Persoonlijk contact

Bij de islamitische voedselbank werken vrijwilligers met heel verschillende culturele achtergronden: veelal nieuwkomers die de taal willen leren. Dat ze ervaringsdeskundig zijn is een voordeel: ze begrijpen de situatie van bezoekers van de voedselbank. Rahma heeft ook persoonlijk met veel mensen contact. ‘Als ik mensen in de rij zie staan van wie ik vermoed dat ze in een moeilijke situatie zitten, ga ik met hen praten. Als er problemen zijn, zullen mensen dat niet snel tegen een gemeentelijke instantie zeggen, maar wel tegen mij. Mensen vertrouwen me, ik zit al twintig jaar in dit vak en mensen weten wat ze aan me hebben. Ik heb een groot netwerk en kan snel schakelen omdat we een kleine organisatie zijn. Ik ben 24/7 bereikbaar via Whatsapp en reageer binnen 24 uur. Problemen spelen niet alleen tussen negen en vijf, maar vaak ‘s avonds en dan kunnen ze bij niemand terecht. Mensen maken er niet altijd gebruik van, maar ze weten dat ze altijd op iemand kunnen terugvallen.’

Dingen regelen

Het soort hulp dat Rahma biedt, verschilt per situatie. ‘Zit er al een hulpinstantie in het gezin, is er een contactpersoon, wie is de persoon die ik voor me heb, met wat voor soort problematiek heeft diegene te maken? In complexe gezinnen zijn er vaak al meerdere instanties actief en wijst iedereen naar elkaar. Ik probeer dan te vragen waar ze tegenaan lopen; waarom lukt het niet dit gezin te helpen? Vaak is de oplossing een kwestie van een paar dingen regelen en dan kan het gezin weer verder.’

Contact maken

Mensen blijven bij de islamitische voedselbank zolang dat nodig is: ‘We doen elk jaar een financiële screening. Als mensen schuldsanering hebben, blijven ze de hele periode. Met anderen hebben we jaarlijks een gesprek om te controleren of de situatie is veranderd.’ Rahma’s wens is dat de voedselpakketten binnen uitgedeeld kunnen worden, op een plek waar ze ook even kunnen bijpraten. ‘Een van de verschrikkelijkste dingen is dat mensen bij ons buiten in de rij moeten staan. Ik zou graag een ruimte willen waar ze even een bakkie kunnen doen, rustig de boodschappen kunnen inpakken, waar ze even contact kunnen maken.’

Meer lezen?

Lees alles over stichting Salaam op hun website.

Download het rapport Gezien, Gehoord en begrepen worden van Warm Rotterdam.

Download het rapport Code Rood van de Brede Raad010.

Rapport: Gezien, gehoord en begrepen voelen

Rapport: Gezien, gehoord en begrepen voelen

Warm Rotterdam en de BredeRaad010 zijn door wethouder Enes Yigit gevraagd om de stem van de stad te laten horen voor het Uitvoeringsplan Armoede en Schulden. Warm Rotterdam is met de stad in gesprek gegaan over vier doelen uit de Hoofdlijnen Geldzorgen, armoede en schulden. Deze rapportage is het resultaat.

Draagvlak

De resultaten van dit onderzoek onderstrepen eerdere adviezen, uitkomsten van dialoogtafels en debatten over armoede en schulden die zijn ingebracht bij bestuur, politiek en de ambtelijke organisatie door onder andere Stem zonder gezicht, Warm Rotterdam (Armoede Agenda), adviezen van de Brede Raad010 en de Ombudsman. Het draagvlak voor de analyse en de oplossingsrichtingen is met deze onderzoeken verbreed. En dat is van grote waarde.

Code Rood

Zorgelijk zijn de signalen van professionals en vrijwilligers over het groeiend aantal Rotterdammers met (financiële) problemen. De Brede Raad010 en Warm Rotterdam geven dan ook Code Rood af. Tegelijkertijd zijn de eensluidende oplossingsrichtingen die worden bepleit hoopgevend. Ze passen bij de integrale aanpak van de wethouder met het factorenmodel als basis. Want armoede is meer dan weinig geld hebben.

Er is een stevige basis voor verbetering in de stad. Wij troffen een stad aan vol bevlogen en betrokken professionals en vrijwilligers die met hun inzet en organisaties van betekenis zijn voor Rotterdammers in (financiële) problemen. Zij en ervaringsdeskundigen deelden hun kennis en ervaringen opnieuw met ons. Daarvoor danken wij allen.

Geldzorgen bij jongeren door gebrek aan financiële opvoeding

Geldzorgen bij jongeren door gebrek aan financiële opvoeding

Zodra je 18 wordt, ben je verantwoordelijk voor je eigen financiën. Maar wat als je nooit geleerd hebt hoe je met geld moet omgaan? En je ouders niet genoeg ruimte hebben om bij te springen? Warm Rotterdam signaleert dat een grote groep jongeren in Rotterdam hierdoor in de problemen dreigt te raken. We vroegen de 22-jarige ervaringsdeskundige Mia Nasibdar waar jongeren tegenaan lopen en hoe het beter kan. ‘Verwacht niet dat jongeren op hun 18e spontaan besef van geld krijgen.’                   

Van jongs af aan heeft Mia Nasibdar geleerd dat je voorzichtig met geld moet omgaan. Ze groeide op in een arm gezin. Maar toen vanaf haar 18e ook rekeningen op háár naam op de deurmat vielen, was dat toch even schrikken. Ze had nooit les gehad over geldzaken op school. Ze wist niet precies wat haar te wachten stond en waar ze recht op had. ‘Mijn moeder had me wel geleerd om een DigiD aan te maken en zorgtoeslag aan te vragen’, vertelt ze. ‘Maar dat was niet genoeg om de zorgverzekering te betalen.’

Mia probeerde via school hulp te vragen. ‘Tijdens je schoolperiode bouw je een band met op je mentor, dus die vroeg ik om hulp’, vertelt ze. ‘Eigenlijk werd meteen gezegd dat ik maar een lening moest aanvragen bij de Kredietbank, terwijl mijn moeder me altijd juist geleerd heeft om géén schulden te maken.’

‘Niet serieus genomen’

Bij toeval hoorde Mia van vrienden over de tegemoetkoming scholieren. Dat is een maandelijks bedrag dat de overheid uitkeert aan jongeren vanaf 18 jaar die op de middelbare school zitten. ‘Een paar goede vrienden wisten van mijn lastige financiële situatie en zij vertelden over de tegemoetkoming’, legt Mia uit. ‘Gelukkig wisten zij ervan, want ik had er nog nooit van gehoord! Ik baalde dat mijn mentor meteen voorstelde om geld te lenen voor boeken of een laptop, terwijl er nog een regeling was.’

De tegemoetkoming scholieren gaf tijdelijk verlichting. Toen Mia ging studeren kon ze studiefinanciering aanvragen. Toch liep ze opnieuw vast. ‘Omdat ik mantelzorg voor mijn moeder vond ik mijn studietijd erg zwaar’, vertelt ze. ‘Ik hielp namelijk mee in het huishouden, deed boodschappen en dergelijke. Daardoor had ik niet genoeg tijd en rust om goed te studeren.’

Ze besloot haar decaan om hulp te vragen. ‘Via de gemeente konden we geen hulp in het huishouden krijgen, maar misschien kon de onderwijsinstelling iets betekenen’, zegt ze. ‘Ik werd alleen niet serieus genomen door de decaan. Er werd heel nonchalant gesproken over mijn situatie: “Ga daar maar hulp zoeken.” Ik voelde me niet gehoord en kwam in een bureaucratische cirkel terecht.’

Verantwoordelijkheid van ouders

Mia erkent dat ouders verantwoordelijk zijn voor de opvoeding van hun kinderen, ook de financiële. ‘Alleen kun je het ouders niet kwalijk nemen als ze niet op de hoogte zijn van een regeling’, licht ze toe. ‘De vraag is dus of informatie wel bereikbaar genoeg is voor degenen die het nodig hebben. Voor mensen in armoede is de gemeente vaak een schuldeiser, dus dat is niet een plek waar je makkelijk naartoe stapt om hulp te vragen. Het is niet gek dat mijn moeder niet wist van de tegemoetkoming voor scholieren, maar wel dat docenten, andere medewerkers van school of mensen bij het Jongerenloket het niet wisten.’

Meer aandacht voor geld op school

Meer aandacht voor financiële opvoeding op basis- en middelbare scholen, daar hoopt Mia op. ‘Op school leer je klokkijken, je leert meten, je leert geld tellen, en in het voortgezet onderwijs krijg je economie, maar je krijgt geen les over persoonlijke financiën’, vraagt ze zich af. ‘Ik weet natuurlijk niet of dat op alle scholen zo is, maar bij mij in ieder geval niet. Het zou mooi zijn als les over geld standaard onderdeel wordt van het lesprogramma.’

Geldzorgen en armoede bespreekbaar maken, zowel op school als onder vrienden, is een andere tip van Mia. ‘Jongeren onderling praten niet snel over geld of armoede’, zegt ze, ‘terwijl dat wel meer kennis en begrip zou opleveren. Mijn zusje en ik hebben dan ook meegewerkt aan een handreiking om armoede bespreekbaar te maken. Dit is een soort magazine voor docenten en is te vinden op scholen. Er is ook een lespakket van Young Impact, waar mijn broer en zusjes aan hebben meegewerkt. Zowel jongeren zelf als docenten kunnen dat gratis aanvragen.’

Het Rotterdams crisisfonds is gestart

Het Rotterdams crisisfonds is gestart

Informele organisaties in Rotterdam kunnen vanaf 1 februari 2023 een budget aanvragen voor Rotterdammers die het financieel niet meer redden door de crisis. Het budget is bedoeld voor de eerste levensbehoeften zoals voeding, maandverband, luiers, kleding, dekens en medicijnen. De organisaties op de Crisiskaart kunnen aanvragen om mensen direct te helpen.

Eenvoudig budget aanvragen

Op de website van het Crisisfonds – www.crisisfondsrotterdam.nl – vindt u het aanvraagformulier voor:

  • Voedsel: supermarktbonnen, voedselpakketten, maaltijdverstrekking aan huis of het aanbieden van gezamenlijke maaltijden (lunches, warme avondmaaltijden) op locatie.
  • Hygiëneproducten zoals maandverband en luiers.
  • Warme kleding, denk aan een winterjas, warme trui, dikke sokken en dekens.
  • Noodzakelijke medicijnen als de kosten niet door de verzekering betaald worden.

We hebben de aanvraag- en verantwoordingsprocedures zo eenvoudig mogelijk gehouden zodat we ook snel kunnen beslissen over jullie aanvraag.

Betrokken partners

Het Crisisfonds is een privaat/publieke samenwerking van een aantal Rotterdamse organisaties:

Naast het Crisisfonds wil Warm Rotterdam ook wijzen op de Kleine armoedehulp van de Haella Stichting: Kleine Armoede Hulp – Samen tegen Armoede en Eenzaamheid.

Doneer je energiecompensatie

Doneer je energiecompensatie

Twee keer € 190 energiecompensatie: ook Rotterdammers die het niet nodig hebben, ontvangen dit bedrag. Wij krijgen van velen van hen de vraag of Warm Rotterdam een betere bestemming heeft.

De Warmtebronnen uit ons Dwars door Rijnmond netwerk staan op onze website. Dit zijn betekenisvolle plekken voor burgers in armoede. Geef jij ook 2×190 euro aan een van deze bronnen?

Kunt u niet kiezen? Maak uw energiecompensatie dan over naar Warm Rotterdam NL08TRIO0379688352 ovv Stichting Warm Rotterdam, onder vermelding van ‘donatie warmtebron’. Met ervaringsdeskundigen zorgen we ervoor dat uw donatie bij Warmtebronnen terecht komt. 

Warm Rotterdam wint Helffer Kootkar Prijs 2022

Warm Rotterdam wint Helffer Kootkar Prijs 2022

Warm Rotterdam heeft gisteravond de Helffer Kootkar Prijs gekregen tijdens een feestelijke uitreiking in Utrecht. Samen met ervaringsdeskundigen nam directeur Annemarieke van Egeraat de prijs in ontvangst. De Helffer Kootkar Prijs, ondergebracht bij het Oranje Fonds, geeft erkenning aan initiatieven die sociaal burgerschap stimuleren.

De inzet van Warm Rotterdam gericht op armoedebestrijding kreeg gisteren landelijke erkenning tijdens de uitreiking van de Helffer Kootkar Prijs in Utrecht. De jury koos Warm Rotterdam als winnaar uit drie genomineerden. Met de prijs ontvangt Warm Rotterdam een geldbedrag van 75.000 euro.

Landelijke erkenning

We zijn zeer verheugd met de prijs en de ruimte die het geldbedrag ons geeft om de activiteiten uit te breiden. “We zijn trots op de landelijke erkenning voor ons werk die we krijgen met de Helffer Kootkar Prijs”, zegt Annemarieke van Egeraat, directeur van Warm Rotterdam. “De jury vindt Warm Rotterdam onderscheidend omdat we ervaringskennis op meerdere niveaus onder de aandacht brengen. Door kennis van ervaringsdeskundigen te delen ontstaat er meer begrip voor Rotterdammers die in armoede leven. We agenderen wat zij nodig vinden bij politici en beleidsmakers. En we ontwikkelen aanpakken met partners, zoals het Keurmerk Warm Incasseren, waardoor mensen met schulden geholpen worden. De prijs gebruiken we voor de landelijke opschaling van het keurmerk Warm Incasseren en aan het nog krachtiger verwoorden van de stem uit de stad.”

Lokale aanpak van onderop

De jury van de Helffer Kootkar Prijs is onder de indruk van het resultaat dat is neergezet voor Rotterdammers die leven in armoede en schulden. “Warm Rotterdam laat, als relatief jonge organisatie, overtuigend zien dat een lokale aanpak van onderop werkt”, aldus Sandra Jetten, directeur van het Oranje Fonds, namens de jury. “Mensen die door armoede en schulden worden geraakt worden geholpen doordat de gemeente, lokale instanties en organisaties die hulp en voorzieningen bieden beter zijn geïnformeerd. Deze integrale aanpak werkt snel en effectief waardoor problemen worden voorkomen of in ieder geval minder groot worden.”