Menselijk contact redt levens

Menselijk contact redt levens

Schaamte, lange wachttijden aan de telefoon of van het kastje naar de muur gestuurd worden: voor mensen in armoede is de juiste hulp krijgen niet eenvoudig. Welke regelingen er zijn en hoe je die moet aanvragen, is voor veel Rotterdammers een raadsel. Daarom moet er één loket komen, in de wijk, waar ervaringsdeskundigen een eerste aanspreekp unt zijn. Ervaringsdeskundige Ellen legt uit waarom.

Zo’n tien jaar geleden dreigde Ellen uit huis gezet te worden. Sinds haar scheiding kampte ze met schulden. Haar bewindvoerders hadden er ‘een potje’ van gemaakt. ‘Financieel gezien kwam ik van de regen in de drup’, vertelt ze. ‘Toen ik bericht kreeg dat ik mijn huis uit moest, zocht ik hulp bij de bewonerscommissie. De voorzitter wist de uithuiszetting met een maand op te schorten. Dat gaf mij nog een laatste kans om alles op alles te zetten.’

Het was een behulpzame medewerker van de Belastingdienst die Ellen uiteindelijk uit de brand kon helpen. ‘Mijn zoon heeft een Wajong-uitkering, maar in het systeem stond dat hij een jaar eerder negen ton had verdiend. Dat klopte natuurlijk niet.’ Niet alleen werd die fout gecorrigeerd, ook zag de medewerker dat Ellen met terugwerkende kracht recht had op huurtoeslag. ‘Hij kon ook nog regelen dat ik het bedrag binnen korte tijd op mijn rekening had. Zo kon ik mijn huurachterstand op tijd betalen en een huisuitzetting voorkomen. Allemaal dankzij een medewerker die de tijd nam om naar mijn verhaal te luisteren.’

Personeelstekort

Door het grote personeelstekort zijn zulke medewerkers tegenwoordig schaars. Ellen heeft ze zelf misschien niet meer nodig, maar veel anderen wel. ‘Mensen vertellen dat ze soms wel 35 wachtenden voor zich hebben als ze naar de woningcorporatie bellen’, vertelt Ellen. ‘En als het al lukt om ergens een afspraak te maken, dan zit er vaak een jonge medewerker die nog te weinig verstand van zaken heeft. Weer anderen krijgen een onprettig gevoel bij de beveiligers bij de ingang van Vraagwijzer. En dan hebben we het nog niet gehad over schaamte.’

Stichting

Door haar eigen ervaring heeft Ellen genoeg kennis en contacten opgedaan om anderen te helpen. Ze is zelfs haar eigen stichting begonnen en zit iedere vrijdag van 9.00 tot 11.00 uur in het Huis van de Wijk De Dijk voor een inloopspreekuur. ‘Inmiddels heb ik een netwerk van maatschappelijke organisaties, wethouders, bewindvoerders, advocaten, mensen uit de wijk’, vertelt Ellen. ‘Ik weet hoe het werkt, dus ik kan mensen tips geven, slimme trucjes uitleggen of helpen met invullen van formulieren.’

En daar is grote behoefte aan. Informatie is moeilijk te vinden of lastig te begrijpen en veel moet online geregeld worden. ‘Mensen die niet goed Nederlands spreken, of laaggeletterd zijn, kunnen brieven niet goed lezen en komen daardoor in de problemen’, legt Ellen uit. ‘Als je al onder stress staat vanwege armoede en schulden, en ook nog tig formulieren online in moet vullen, dan haken mensen af. Al helemaal als ze bang zijn dat ze het geld misschien moeten terugbetalen.’

Luisterend oor

Een luisterend oor, dat is de belangrijkste hulp die Ellen geeft. De formulieren, de praktische tips, het is vaak maar bijzaak. ‘Mensen kunnen hun verhaal niet kwijt en dat is heel erg frustrerend’, weet Ellen. ‘De stress die mensen al hebben wordt alleen maar groter. Vaak zijn ze al heel blij dat ze hun verhaal bij me kwijt kunnen. Ik probeer duidelijk te maken dat ze zich niet hoeven te schamen, dat ze niet de eerste en ook niet de enige zijn.’

Als er één loket in de wijk komt, zijn ze hopelijk wel de laatsten. Als er tijd en ruimte is voor mensen om hun verhaal te doen, om met bekwame medewerkers naar oplossingen te zoeken en om mensen zelf de regie te laten houden, dan zouden mensen in armoede al veel geholpen zijn. ‘Die stress die gepaard gaat met een dreigende huisuitzetting, raak je nooit meer kwijt’, zegt Ellen. ‘Bij iedere deurbel of bij ieder busje dat de straat in komt rijden, schrik ik nog. Ook dit werk herinnert continu aan mijn verleden, maar ik wil het toch doen om andere mensen te helpen zelfredzaam te worden.’

Meer lezen?

Eén laagdrempelig loket in de wijk is wat Warm Rotterdam bepleit als duurzame oplossing om bewoners te bereiken en hen te helpen. Dichtbij, zonder de kleuren van de gemeente en zonder beveiligers. Eén loket met ervaringsdeskundigen voor het eerste contact en het vertrouwen. Lees meer over duurzame oplossingen van Warm Rotterdam.

De eeuwige zoektocht naar betaalbare boodschappen

De eeuwige zoektocht naar betaalbare boodschappen

Nauwelijks verse groenten, geen lunch op school of werk en als avondeten diepvriesfastfood: voor mensen die in armoede leven is dit dagelijkse kost. Wie van 50 euro per week moet leven, lukt het vaak al niet om één gezonde maaltijd per dag op tafel te zetten. Laat staan drie. Daarom moeten basisboodschappen voor iedereen betaalbaar worden. Ervaringsdeskundige Monique legt uit waarom. ‘Boodschappen worden écht iedere week duurder.’

De ervaringsdeskundigen van Warm Rotterdam hebben een basisboodschappenlijst opgesteld: een lijst met boodschappen voor drie gezonde maaltijden per dag, basics zoals toiletpapier of wasmiddel en één keer in de week wat lekkers voor ouders en kinderen. Niks bijzonders, maar voor veel Rotterdammers onbetaalbaar. Daarom roept Warm Rotterdam winkeliers op om de (huismerk)producten van deze boodschappenlijst samen nooit meer dan 50 euro per week te laten kosten.

Inflatie

De torenhoge inflatie maken boodschappen voor iedereen vreselijk duur. Maar voor mensen die voorheen nog nét uitkwamen, is het de nekslag. ‘Niet lang geleden kocht je twee volle tassen met boodschappen voor 50 euro, nu nog maar een halve’, vertelt ervaringsdeskundige Monique, die met haar dochter in een appartement in Rotterdam woont. ‘Zelfs de huismerken zijn flink in prijs gestegen. Zo kocht ik een fles cola van een huismerk voor 60 cent, maar nu kost diezelfde fles 1 euro. En iets goedkopers dan het huismerk, dat is er niet. Ik koop nog dezelfde producten, maar dan veel minder.’

Ongezond

Dat ongezond eten goedkoper is dan gezond eten, is Monique een doorn in het oog. ‘Gezond voedsel kun je gewoon niet kopen met leefgeld van minder dan 50 euro per week’, legt ze uit. ‘Twee mango’s kosten al gauw vijf, zes euro. Een zak chips kost een euro. Verse groenten zijn niet te betalen, alleen groenten uit een potje. Daar zitten op zich ook nog wel vitaminen in, maar vers is natuurlijk beter. Ongezonde dingen zijn altijd spotgoedkoop en altijd in overvloed in de aanbieding. Het is belachelijk – junkfood moet gewoon veel duurder worden. En ik kijk altijd wat er in de aanbieding is, maar dat zijn ook vaak ongezonde dingen of producten die ik toch niet gebruik.’

Al zouden aanbiedingen wel interessant zijn, het is niet voor iedereen mogelijk om alle winkels op acties af te struinen. ‘Ik ga naar de supermarkt hier in de buurt’, zegt Monique. ‘Ik zou wel naar een goedkopere supermarkt willen, maar vanwege gezondheidsredenen is dat te ver voor me.’

Oplossingen

Het is uit pure noodzaak, maar Monique wordt wel creatief in de keuken. ‘Spaghetti en frikandellen zijn heel goedkoop, dus daar maak ik – samen met wat restjes groenten en tomatenpuree – een maaltijd van. Of rijst met knakworst, dat is ook een verrassend lekkere combinatie.’

Hoe creatief mensen in armoede ook worden, écht structurele oplossingen zijn het natuurlijk niet. ‘Het belangrijkste is dat de basisboodschappen betaalbaar blijven’, legt Monique uit. ‘Soms eten mensen zelf heel weinig, zodat hun kinderen wél te eten hebben. Gezond eten móet betaalbaar zijn, zodat gezondheidsproblemen zoveel mogelijk voorkomen worden.’

Een verhoging van de leefnorm is wat Monique betreft noodzakelijk. ‘Een alleenstaande heeft minimaal 80 euro nodig’, zegt ze, ‘en een gezin minimaal 200 euro. Die norm moet echt anders. En daarbij moet btw op boodschappen weer naar 9 procent, en op gezonde boodschappen naar 0. En de basisboodschappen, daar zou eigenlijk helemaal geen inflatie op mogen.’

Meer lezen?

De basisboodschappenlijst voor 50 euro per week is wat Warm Rotterdam bepleit als duurzame oplossing voor de aanpak van armoede. Lees meer over duurzame oplossingen van Warm Rotterdam.

‘Je krijgt niets meer dan een stempel’

‘Je krijgt niets meer dan een stempel’

Partnergeweld, chronische ziekte of nooit geleerd hoe je met geld moet omgaan: mensen raken om allerlei redenen in armoede of schulden. Wat de reden ook is, een stigma helpt hen niet verder. Openlijk praten over armoede en begrip hebben voor hun situatie wel. Ervaringsdeskundige Nasrien Nasibdar is de schaamte voorbij en doorbreekt het taboe op armoede.

Naïef, noemt Nasrien haar jongere zelf. Ze ging uit van het goede in de mens, maar kreeg een relatie met een man die niet goed voor haar was. Hij dronk en blowde te veel en mishandelde haar. Zij probeerde te overleven en zo goed mogelijk voor haar kinderen te zorgen. Al snel stapelden de problemen zich op. Ondanks dat ze werkte, lukte het niet meer om de rekeningen te betalen. ‘Er kwamen maatschappelijk werkers en schuldhulpverleners over de vloer’, vertelt Nasrien. ‘Dan krijg je al snel een stempel en dat gaat continu door.’

Uit angst om haar kinderen kwijt te raken, hield ze de instanties zoveel mogelijk op afstand. ‘Als er geweld in huis is, dan ligt de focus al meteen op de kinderen’, zegt ze. ‘Tegelijkertijd werden al mijn meldingen bij 112 niet geregistreerd.’ Gelukkig lukte het Nasrien om haar vriend te verlaten. Ze ontmoette een nieuwe vriend en vond een baan als werkconsulent bij de gemeente. Ondanks haar baan, bleef het financieel lastig voor haar. Collega’s wisten van haar situatie af. ‘Ik kreeg dan wel eens broodjes die over waren, of ik kreeg kleding van een collega’, vertelt ze. ‘Maar niemand hielp met een structurele oplossing.’

Niet als nummer

Daar liggen nog kansen voor werkgevers. ‘Als werkgever moet je streng zijn waar dat nodig is, maar je kan wel als mens met je werknemers omgaan’, zegt Nasrien. ‘Behandel ze niet als sofinummers. Probeer iemand die ziek is bijvoorbeeld niet meteen te ontslaan, maar kijk of er iets anders is wat diegene nog wel kan.’

Want Nasrien verloor haar baan toen ze ziek werd. ‘De artsen gooiden het lange tijd op klachten door de stress, maar ik bleek een auto-immuunziekte te hebben. Ik kon niet meer werken door die ziekte. Mij was beloofd dat ik gemakkelijk kon doorstromen naar de bijstand, maar ik moest alles opnieuw aanvragen.’

Dat kostte tijd en de financiële problemen stapelden zich opnieuw op. ‘Iedereen uit de buurt wist dat we in armoede leefden’, zegt Nasrien. ‘Mensen zagen me in de winter zonder sokken lopen en docenten zagen mijn kinderen op Crocs naar school gaan. Ik mocht gelukkig bij een buurmeisje warm water halen, maar van de rest kreeg je niets meer dan een stempel. Als je een keer mooie sneakers had gekregen via iemand van de Voedselbank, of omdat je een mobiele telefoon hebt, denken mensen meteen dat je boven je stand leeft.’

Open en eerlijk

Nasrien was de boze blikken en opmerkingen zat. Ze begon haar verhaal te vertellen, om te benadrukken dat in armoede leven niet je schuld is. ‘Ik vond het belangrijk om ook open en eerlijk tegen de kinderen te zijn’, legt ze uit. ‘Kinderen voelen je aan, al als ze heel jong zijn, dus beter vertel je gewoon wat er aan de hand is.’

Nasrien en de kinderen deden mee aan bewustwordingscampagnes, kwamen in gesprek met prinses Laurentien, werden geïnterviewd voor tv-programma’s. ‘Daar kwamen hele vervelende reacties op’, zegt ze. ‘Mensen vinden dat ik de vuile was buiten hang, maar praten over iets wat jóu is overkomen is geen vuile was buiten hangen. De reacties op mijn verhaal laten zien dat er nog veel onwetendheid is over armoede. Dat geeft mij kracht om door te gaan.’

Nooit opzet

Niemand raakt met opzet in armoede, dat is de belangrijkste boodschap die Nasrien wil meegeven. ‘Sommige mensen hebben gekke dingen gedaan’, zeg ze, ‘maar wat dan nog? Je weet niet van tevoren hoe slecht iets kan aflopen. Of als je verslaafd raakt, dan zit daar vaak ook een ander probleem achter. Niemand denkt ooit: “Nou, ik ga er eens lekker voor zorgen dat ik in de armoede beland.”’

Met haar verhaal hoopt Nasrien dat anderen de schaamte overwinnen en durven te praten. ‘Niet alleen over armoede, maar over alles’, zegt ze. ‘Je zal mensen over je heen krijgen, maar je situatie is niet jouw schuld. Anderen kunnen niet helpen als ze niet weten wat er speelt. En hoe erg het leven ook tegen zit, hoe graag je de hoop wil opgeven, probeer naar de toekomst te blijven kijken. Op een dag zal er een deur opengaan.’

Meer lezen?

Het creëren van bewustwording en inzicht geven in wat armoede écht is, is een van de pijlers van Warm Rotterdam. Maar een fractie van de mensen in armoede heeft boven de eigen stand geleefd. De meeste mensen raken in armoede of kampen met schulden door externe factoren, zoals scheidingen, ziekte of een baan kwijtraken. Lees meer over onze structurele oplossingen.

Doneer je energiecompensatie

Doneer je energiecompensatie

Twee keer € 190 energiecompensatie: ook Rotterdammers die het niet nodig hebben, ontvangen dit bedrag. Wij krijgen van velen van hen de vraag of Warm Rotterdam een betere bestemming heeft.

De Warmtebronnen uit ons Dwars door Rijnmond netwerk staan op onze website. Dit zijn betekenisvolle plekken voor burgers in armoede. Geef jij ook 2×190 euro aan een van deze bronnen?

Kunt u niet kiezen? Maak uw energiecompensatie dan over naar Warm Rotterdam NL08TRIO0379688352 ovv Stichting Warm Rotterdam, onder vermelding van ‘donatie warmtebron’. Met ervaringsdeskundigen zorgen we ervoor dat uw donatie bij Warmtebronnen terecht komt. 

Warm Rotterdam wint Helffer Kootkar Prijs 2022

Warm Rotterdam wint Helffer Kootkar Prijs 2022

Warm Rotterdam heeft gisteravond de Helffer Kootkar Prijs gekregen tijdens een feestelijke uitreiking in Utrecht. Samen met ervaringsdeskundigen nam directeur Annemarieke van Egeraat de prijs in ontvangst. De Helffer Kootkar Prijs, ondergebracht bij het Oranje Fonds, geeft erkenning aan initiatieven die sociaal burgerschap stimuleren.

De inzet van Warm Rotterdam gericht op armoedebestrijding kreeg gisteren landelijke erkenning tijdens de uitreiking van de Helffer Kootkar Prijs in Utrecht. De jury koos Warm Rotterdam als winnaar uit drie genomineerden. Met de prijs ontvangt Warm Rotterdam een geldbedrag van 75.000 euro.

Landelijke erkenning

We zijn zeer verheugd met de prijs en de ruimte die het geldbedrag ons geeft om de activiteiten uit te breiden. “We zijn trots op de landelijke erkenning voor ons werk die we krijgen met de Helffer Kootkar Prijs”, zegt Annemarieke van Egeraat, directeur van Warm Rotterdam. “De jury vindt Warm Rotterdam onderscheidend omdat we ervaringskennis op meerdere niveaus onder de aandacht brengen. Door kennis van ervaringsdeskundigen te delen ontstaat er meer begrip voor Rotterdammers die in armoede leven. We agenderen wat zij nodig vinden bij politici en beleidsmakers. En we ontwikkelen aanpakken met partners, zoals het Keurmerk Warm Incasseren, waardoor mensen met schulden geholpen worden. De prijs gebruiken we voor de landelijke opschaling van het keurmerk Warm Incasseren en aan het nog krachtiger verwoorden van de stem uit de stad.”

Lokale aanpak van onderop

De jury van de Helffer Kootkar Prijs is onder de indruk van het resultaat dat is neergezet voor Rotterdammers die leven in armoede en schulden. “Warm Rotterdam laat, als relatief jonge organisatie, overtuigend zien dat een lokale aanpak van onderop werkt”, aldus Sandra Jetten, directeur van het Oranje Fonds, namens de jury. “Mensen die door armoede en schulden worden geraakt worden geholpen doordat de gemeente, lokale instanties en organisaties die hulp en voorzieningen bieden beter zijn geïnformeerd. Deze integrale aanpak werkt snel en effectief waardoor problemen worden voorkomen of in ieder geval minder groot worden.”